verslagen
Verslag van Symposium ‘Diversiteit: Kracht en Kansen’ 16 november 2013
Inhoudelijke samenvatting, ook voor de mensen die niet geweest zijn!
Inhoudelijke samenvatting, ook voor de mensen die niet geweest zijn!
Op zaterdag 16 november ontving Stichting MCNW Multicultureel Netwerk in de
Kargadoor in Utrecht de bezoekers en sprekers van het symposium ‘Diversiteit:
Kracht en Kansen’. Dank gaat uit naar alle deelnemers, met name de sprekers,
die met hun voordrachten een voortreffelijke en belangeloze bijdrage hebben geleverd
aan de actuele discussies op dit gebied. Met dit verslag biedt Stichting MCNW
Multicultureel Netwerk een samenvatting van de inhoud en daarmee ook een update
van actuele informatie op het gebied van diversiteit in de samenleving.
Inleiding door Mieke Janssen
Met warme aandacht opent Mieke Janssen de middag. Mieke is directeur bij Art. 1 Midden Nederland, een expertisecentrum voor gelijke kansen en discriminatiebestrijding in de provincie Utrecht. Zij heeft een verdere achtergrond in HRM en ‘diversiteit op de werkvloer’, waarover zij verschillende methodische boeken op haar naam heeft staan. Deze dag treedt zij op als dagvoorzitster van het symposium. Naast het aankondigen van de sprekers en het leiden van de paneldiscussie, brengt zij ook vanuit Art.1 nog een boodschap naar voren op het gebied van actualiteiten over racisme:
“Het kwaad kan alleen geschieden als goede mensen niets meer doen,” zei Martin Luther King ooit eens. Volgens Art.1 valt het op dat veel mensen de houding hebben aangenomen om racisme als ‘fact of life’ te beschouwen en dat er nog weinig aan gedaan kan worden. Dit is volgens Mieke echter niet zo en het zal ook niet veranderen als er geen aandacht aan besteed wordt. Mensen die slachtoffer zijn van racisme kunnen altijd contact opnemen met Art.1. Op allerlei manieren kunnen mensen hier hulp krijgen, bijvoorbeeld in de vorm van advies, aangifte doen, burenruzies oplossen, het inschakelen van de media of het zetten van juridische stappen. Het bijbehorende verzoek van Mieke aan iedereen hierbij is om deze kennisgeving te verspreiden in de eigen omgeving, met name onder mensen die te maken hebben met racisme.
Eerste spreker Willibrord de Graaf
Als eerste spreker staat Willibrord de Graaf op de agenda. Willibrord is voormalig hoofddocent Multiculturele Samenleving, Burgerschap en Identiteit aan de Universiteit Utrecht. Op het symposium spreekt hij over de zienswijzen van ‘het nieuwe burgerschap’ en de vragen die daarbij spelen rondom de plicht tot identificatie. In zijn inleiding brengt hij de actuele Zwarte Piet-discussie naar voren: “Zwartepieten is een kaartspel, u kent het vast. ‘Iemand de Zwarte Piet toespelen’ is ‘iemand de schuld in de schoenen schuiven’. Dat is de afgelopen periode massief gedaan: autochtonen roepen ‘blijf met je poten af van mijn traditie’, en allochtonen roepen ‘erken de raciale elementen in Zwarte Piet’, met alle uitwassen van de moderne sociale mediataal...”
Hier is volgens Willibrord sprake van een verharding van spreekposities, met als bijzonderheid dat voor het eerst op grote schaal de allochtone kant volhoudt en de autochtone kant in het nauw komt en terugslaat. Dit is volgens Willibrord bijzonder omdat de dominante vanzelfsprekendheid van het Nederlandse spreken nu struikelt over een gevoelige snaar: het Nederlandse koloniale verleden. “’Wij’ (autochtone) Nederlanders moeten naar onszelf kijken, en dat doen we niet graag. Ons zelfbeeld mag niet verstoord worden. ‘De ander’ mag daarover niets zeggen, ook al is deze ander al jaren Nederlander. Als hij wél iets zegt, krijgt hij de schuld en kan hij ‘beter terug naar zijn land gaan’.”
Willibrord grijpt deze gebeurtenis aan om te analyseren hoe ‘wij’ de afgelopen periode over ‘de ander’ spraken en tot wat voor beelden van die ander dat heeft geleid. Hij lichtte toe dat er sinds circa 2000 een verschuiving heeft plaatsgevonden in het spreken over integratie, met de opkomst van het ‘nieuw realisme’ (Baukje Prins), en/of het ‘multicultirealisme’ (Willem Schinkel). Met deze verschuiving vond er onder andere meer beweging plaats tegen de onderdrukking van vrouwen en homo’s waarbij ook gewezen werd naar de houding van culturele minderheden in Nederland op dat gebied. Diversiteit werd gerespecteerd, mits deze voldeed aan de algemene normen en waarden binnen de Nederlandse samenleving. Dit realisme zou een dominant spreken over de ander bewerkstelligen in termen van ‘er niet bij horend’ of als falende burgers: “het is niet genoeg om in formele zin burger te zijn, maar je behoort actief burgerschap te tonen (d.w.z. de Nederlandse waarden en normen te verinnerlijken en van daaruit te handelen: morele identificatie met Nederland is vereist)”.
Volgens Willibrord komt dit uiteindelijk neer op een ontkenning van de ander als gelijkberechtigde participant in de discussie ‘wees eerst als ons voordat je mag meepraten’ (zoals de Zwarte Piet-discussie). Dit zou duiden op een ernstige vorm van ongelijkheid, ofwel discriminatie, en zou het ‘wij-zij-denken’ in deze samenleving versterkt hebben. Deze beweging zou hebben geleid tot een nieuwe vorm van racisme in ons land: culturalisme (niet in de oude ‘Blut und Boden’-zin, maar in de betekenis van een als homogeen voorgestelde superieure Nederlandse cultuur (tolerant, joods-christelijk, verlicht, emancipatoir etc.)).
Terugverwijzend naar het thema ‘kracht en kansen van diversiteit’, kwam Willibrord met de volgende conclusies naar voren: Het is van belang dat erkend wordt dat diversiteit ondergeschikt is gemaakt aan de aanpassing aan ‘ons’. Het zou weinig kansen bieden omdat dit aan beide kanten leidt tot een terugplooien op de eigen groep en tot minder bereidheid het gesprek aan te gaan. Een groter wordende polariteit in de samenleving dus, in plaats van een eenheid met ruimte voor dialoog. Kansen zouden liggen in de geleidelijke wederzijdse gewenning aan elkaar en in het laten zien van de kracht in zichzelf in de sfeer van kunst, media, sport, civil society, etc.
Tweede spreker Antoin Deul
Als tweede spreker van de middag is het de beurt aan Antoin Deul, lid van het landelijke bestuur van Groen Links, specialist op het gebied van groene innovatie en diversiteit, en vrijwilliger bij Amnesty International. Antoin opent zijn voordracht met een persoonlijke herinnering aan de trotsheid die hij 10 tot 25 jaar geleden voelde over de diversiteit en tolerante houding van de mensen in Nederland. “Tijdens het EK Voetbal in 1988 en de overwinning die Nederland toen behaalde, beleefden wij een multicultureel feest”. Het gaf hem een geweldig gevoel van blijdschap dat een team bestaande uit verschillende ‘kleuren’ als eenheid de overwinning behaalde. In 1998 vertrok Antoin voor 12 jaar naar de VS, waar hij zijn trotsheid over Nederland graag uitte. Bij zijn terugkomst in Nederland stuitte hij echter op een onverwachte sfeerverandering…
Onder andere zijn zoons kwamen in aanraking met racistische ervaringen die zij in de VS nooit hadden meegemaakt. Het viel hem op dat de intolerantie in Nederland gegroeid was. Er mocht niet over racisme gesproken worden, anders was het meteen ‘aanpassen of oprotten’. Antoin begon zich af te vragen wat hiervan de oorzaak was geweest. Was het 9/11? Waren het de Pim Fortuyn- en Theo van Gogh-gebeurtenissen? Hadden economische situaties hiermee te maken? Wat was het dat de mensen in eerste plaats al zo gevoelig maakte voor het thema ‘racisme’? Zeker was in elk geval dat Nederland in een overgangsfase was beland op het gebied van diversiteit.
Om een beeld te schetsen van de huidige arbeidsparticipatie van verschillende bevolkingsgroepen in Nederland, laat Antoin een aantal statistieken zien. Een opvallende statistiek wijst aan dat de werkloosheid onder niet-westerse minderheden drie keer zo hoog is als onder westerse minderheden. Bovendien zit diversiteit nog niet of nauwelijks aan tafel waar macht en beeldvorming zitten, terwijl die plek volgens Antoin juist dé plek is waar structureel het verschil kan worden gemaakt…
Ondanks de onrusten op het gebied van diversiteit en economie, blijft Antoin Nederland als een fantastisch land zien met veel mogelijkheden. Vooral vandaag de dag wachten de ‘durvers en do-ers’ niet meer; deze starten met hun eigen projecten, creëren hun eigen netwerk en laten zichzelf (mede dankzij social media) steeds meer zien. Onder alle mensen, waaronder een grote groep minderheden, die nu minder kansen hebben om in de gevestigde arbeidsmarkt een baan te vinden, gaan er velen zelfstandig ondernemen. Het aantal ondernemers onder minderheden groeit momenteel enorm en dit ziet Antoin als dé toekomst. Veel minderheden zullen in de toekomst de koplopers zijn. Succes hoeft niet meer behaald te worden aan de hand van gevestigde groepen die eventuele racistische denkbeelden hebben en andere groepen uitsluiten. Ieder kan nu zijn eigen kracht laten zien.
Derde spreker Raja Felgata
De laatste spreker die een voordracht geeft op het symposium is Raja Felgata, journaliste, columniste, producente en sinds 2010, oprichtster van De Kleurrijke Lijst Nederland. “De maatschappij verandert en er zijn mensen nodig die de verbinding zoeken” zegt Raja in haar inleiding. Haar familie (Nederlands-Marokkaans) heeft haar altijd gezegd dat opleiding en studie het beste is wat je kunt doen, omdat het je toekomst is. Raja voelde het verlangen iets te willen zeggen in de samenleving waar zij deel van uitmaakt. Al gauw wist zij dat ze de media in wilde en koos voor journalistiek, maar binnen de Marokkaanse gemeenschap was dit echter niet altijd zo gewoon. Hoe dan ook, Raja kon het belang om wat aan de beeldvorming in Nederland te doen niet uit het oog verliezen en greep haar kans in de media om deze te beïnvloeden.
Het was een interessante zoektocht voor haar om haar plek in de Nederlandse media te vinden. Die zoektocht ging gepaard met de zoektocht naar haar eigen identiteit, want deze voelde niet hetzelfde als die van vele andere ambitieuze mensen om haar heen… Successen wist zij onder andere te boeken door haar werkervaring bij de KRO, maar haar missie kreeg pas echt een boost toen zij in 2009 bij de lancering van de machtigste vrouw van Nederland aanwezig was. Opzij levert elk jaar de lijst van top 100 meest succesvolle vrouwelijke ondernemers van Nederland, maar het viel Raja op dat deze lijst nog lang niet zo divers was als zij hem graag zou zien. Het idee beviel haar om een lijst te creëren van de top 101 meeste succesvolle vrouwelijke en ook mannelijke ondernemers die door hun werk en persoonlijkheid invloed hebben op hun eigen kleurrijke manier. Dit was bedoeld als positief antwoord op de cynische context die vandaag de dag was ontstaan rondom minderheden en diversiteit.
Ze had niet verwacht dat het zo gauw zou lukken, maar in 2010 werd de eerste Kleurrijke Lijst geboren en overhandigd aan de oprichter van Opzij; Hedy d' Ancona. Daarna werd het betrokken publiek steeds kleurrijker en de partners die zich gingen verbinden aan de Kleurrijke Lijst, steeds invloedrijker. Uiteindelijk kreeg De Kleurrijke Lijst een Democratie-lintje vanuit de Raad van State; het bewijs dat ze op de goede weg zaten! Daar nog bij opgeteld, noemde Hedy d’Ancona De Kleurrijke Lijst Lijst in 2012 zelfs ‘het belangrijkste lijstje van Nederland’. De Kleurrijke Lijst wordt nu vooral veel gebruikt als het gaat om sprekers, deskundigen en raden van bestuur.
Met de lijst wil Raja een bijdrage leveren aan een positief geluid in de samenleving omdat mensen hier vandaag de dag volgens haar zeer veel behoefte aan hebben. Ze meldt dat in de lijst net zoveel kleurrijke filosofie zit als Hollandse nuchterheid. Ook wil Raja hiermee proberen meer dames en kleurrijke mensen aan invloedrijke tafels te krijgen. “Het publiek in Nederland mag naar de stemmen van een diverser publiek gaan luisteren. Verhalen van andere realiteiten kunnen onze horizon alleen maar verbreden en verrijken.”
In oktober 2013 lanceerde zij de 3e editie van De Kleurrijke Lijst en overhandigde zij deze aan media-icoon Humberto Tan.
Paneldiscussie
Het panel bestaat uit Willibrord de Graaf, Antoin Deul en George Arakel. George Arakel is een jonge ondernemer die zich inzet voor de beeldvorming in ons land van de allochtone groep in de media, het bedrijfsleven en de samenleving. Hij is de oprichter en hoofdredacteur van voorbeeld-allochtoon.nl, de schrijver van het boek ‘Allochtoon op een andere toon’ en consultant in Etnische Diversiteit. Zijn opzet is het woord ‘allochtoon’ weer positief te krijgen en ervoor te zorgen dat in het jaar 2025 ‘iedereen in Nederland allochtoon wil zijn’. Hij noemt zichzelf 'de nieuwe generatie activist'.
Mieke Janssen opent de discussie met een verzoek aan het publiek om vragen te stellen aan de panelleden. De vragen uit het publiek gaan met name over de onderwerpen die al als een rode draad door dit symposium zijn gegaan: het feit dat veel Nederlanders niet over racisme- gerelateerde onderwerpen lijken te kunnen of te willen praten. Willibrord had dit punt in zijn voordracht al op academische wijze naar voren gebracht en zou volgens hem te maken hebben met een superioriteitsbeeld dat ontstaan is onder veel Nederlanders dat zij niet willen verliezen omdat hen dit (onbewust) een gevoel van kracht geeft. Alles wat dit beeld doet wankelen, zouden zij afschilderen als ‘niet-bestaand’ of op één of andere wijze de ‘schuld van de allochtonen zélf’ zijn. Ook anderen zijn het ermee eens dat er onder autochtone Nederlanders onbewust nog steeds een sfeer zou heersen van ‘wij zijn het witte ras en wij zijn superieur’.
Volgens Willibrord moeten we onderling veel meer in debat gaan over dit soort punten en ons niet meer te afhankelijk opstellen van de politiek, want de politiek vindt deze onderwerpen belachelijk en plaatst ze toch niet of nauwelijks op de agenda. Kennelijk liggen de discussies ook hier té gevoelig… Er zouden tegenwoordig genoeg uitstekende kansen zijn om zelfstandig invloed uit te oefenen op de publieke opinie via social media. Daar moet op gefocust worden en daar moeten dialogen en debatten plaatsvinden.
Antoin meldt ook dat we zelf de handen ineen moeten slaan en iets moeten organiseren dat ook voorbij de social media gaat en weer direct op de politiek gericht is, zoals een eventuele actie in Den Haag. Minderheden hebben bijvoorbeeld ook macht als consument en kunnen druk uitoefenen op organisaties of bedrijven die discrimineren.
George brengt de vragen nog een stuk verder. Hóe gaan we dan met die media zorgen dat de kloof tussen politiek en samenleving wordt verkleind? Hoe gaan wij ervoor zorgen dat allochtonen ook werkelijk geaccepteerd gaan worden in de bedrijven?
Antoin meldt dat zichtbaarheid en rolmodellen van mensen met een andere culturele achtergrond belangrijk zijn. Verder zou het bij acceptatie in bedrijven vooral om het werken moeten gaan niet om hoe een persoon verder in zijn eigen sociale groep leeft. In Amerika zag hij bijvoorbeeld duidelijk dat veel etnische groepen nog steeds erg gescheiden leven van andere groepen, maar ze kunnen toch elke dag harmonieus samenkomen om te werken. Iedereen moet in elk geval gelijke kansen kunnen hebben, ongeacht of je veel in je eigen groep wilt blijven of niet.
George voegt nog toe dat democratie verder niet per se om het recht gaat gelijk te zijn maar vooral ook om het recht verschillend te mogen zijn. We moeten ons richten op vragen als ‘Hoe gaan we hier naartoe?’en we moeten daarbij ook bewuster gaan kijken naar ons taalgebruik op zich. Bij heel veel zaken mogen we de invalshoek om gaan draaien. Als het bijvoorbeeld gaat om vrouwenemancipatie, dan moeten we niet gaan werken aan de vrouw maar aan het beeld dat de man van de vrouw heeft.
Een laatste vraag van Mieke aan het panel is: Stel u heeft het voor het zeggen, hoe ziet dan in 2018 de multiculturele samenleving in Nederland er uit? Staat die in zijn kracht?
Volgens Antoin Deul moet er dan een situatie bereikt zijn waarin iedereen gelijke kansen heeft. Achtergrond mag niet uitmaken en het is belangrijk dat er meer gemixt wordt in relaties. Dit is natuurlijk niet iets wat gestuurd kan of moet worden. Waar het om gaat: iedereen stelt zich open voor iedereen! Dan komt de rest vanzelf.
George ziet graag dat op ieder level van de samenleving één op de vijf mensen allochtoon is. Ook wil hij ervoor zorgen dat er eens een keer een gekleurde en/of vrouwelijke premier komt.
Willibrord ziet een samenleving voor zich waarin veel veranderingen in het onderwijs hebben plaatsgevonden. Er is een veranderd curriculum waarin de geschiedenislessen verbreed zijn en niet meer zoveel over de Tweede Wereldoorlog gaan. Er wordt meer aandacht gegeven aan maatschappelijk bewustzijn en taal, waarbij volledig rekening gehouden wordt met de taalachtergrond van de mensen die het onderwijs in gaan.
Slot
Het is duidelijk dat er nog een hoop stappen verricht moeten worden voordat de Nederlandse samenleving een echte tolerante, kleurrijke, winnende eenheid is. Een bewustwordingsproces is op gang gebracht doordat gevoelige snaren worden geraakt. Oud zeer is boven komen drijven, waaronder in de vorm van Zwarte Piet, en lijkt nu beetgepakt te kunnen worden. Als het beetgepakt is, kan er met het oog op eenheid in de samenleving naar gekeken worden. Waar de politiek niet beetgepakt wil worden, mogen de burgers elkaar zelf gaan beetpakken, bijvoorbeeld door middel van social media. Krachten mogen gebundeld en gezien worden, totdat ze allemaal als een puzzel in elkaar passen.
Auteur: Barbara de Ligt
Bekijk hier onder de fotogalerie van deze bijeenkomst:
Inleiding door Mieke Janssen
Met warme aandacht opent Mieke Janssen de middag. Mieke is directeur bij Art. 1 Midden Nederland, een expertisecentrum voor gelijke kansen en discriminatiebestrijding in de provincie Utrecht. Zij heeft een verdere achtergrond in HRM en ‘diversiteit op de werkvloer’, waarover zij verschillende methodische boeken op haar naam heeft staan. Deze dag treedt zij op als dagvoorzitster van het symposium. Naast het aankondigen van de sprekers en het leiden van de paneldiscussie, brengt zij ook vanuit Art.1 nog een boodschap naar voren op het gebied van actualiteiten over racisme:
“Het kwaad kan alleen geschieden als goede mensen niets meer doen,” zei Martin Luther King ooit eens. Volgens Art.1 valt het op dat veel mensen de houding hebben aangenomen om racisme als ‘fact of life’ te beschouwen en dat er nog weinig aan gedaan kan worden. Dit is volgens Mieke echter niet zo en het zal ook niet veranderen als er geen aandacht aan besteed wordt. Mensen die slachtoffer zijn van racisme kunnen altijd contact opnemen met Art.1. Op allerlei manieren kunnen mensen hier hulp krijgen, bijvoorbeeld in de vorm van advies, aangifte doen, burenruzies oplossen, het inschakelen van de media of het zetten van juridische stappen. Het bijbehorende verzoek van Mieke aan iedereen hierbij is om deze kennisgeving te verspreiden in de eigen omgeving, met name onder mensen die te maken hebben met racisme.
Eerste spreker Willibrord de Graaf
Als eerste spreker staat Willibrord de Graaf op de agenda. Willibrord is voormalig hoofddocent Multiculturele Samenleving, Burgerschap en Identiteit aan de Universiteit Utrecht. Op het symposium spreekt hij over de zienswijzen van ‘het nieuwe burgerschap’ en de vragen die daarbij spelen rondom de plicht tot identificatie. In zijn inleiding brengt hij de actuele Zwarte Piet-discussie naar voren: “Zwartepieten is een kaartspel, u kent het vast. ‘Iemand de Zwarte Piet toespelen’ is ‘iemand de schuld in de schoenen schuiven’. Dat is de afgelopen periode massief gedaan: autochtonen roepen ‘blijf met je poten af van mijn traditie’, en allochtonen roepen ‘erken de raciale elementen in Zwarte Piet’, met alle uitwassen van de moderne sociale mediataal...”
Hier is volgens Willibrord sprake van een verharding van spreekposities, met als bijzonderheid dat voor het eerst op grote schaal de allochtone kant volhoudt en de autochtone kant in het nauw komt en terugslaat. Dit is volgens Willibrord bijzonder omdat de dominante vanzelfsprekendheid van het Nederlandse spreken nu struikelt over een gevoelige snaar: het Nederlandse koloniale verleden. “’Wij’ (autochtone) Nederlanders moeten naar onszelf kijken, en dat doen we niet graag. Ons zelfbeeld mag niet verstoord worden. ‘De ander’ mag daarover niets zeggen, ook al is deze ander al jaren Nederlander. Als hij wél iets zegt, krijgt hij de schuld en kan hij ‘beter terug naar zijn land gaan’.”
Willibrord grijpt deze gebeurtenis aan om te analyseren hoe ‘wij’ de afgelopen periode over ‘de ander’ spraken en tot wat voor beelden van die ander dat heeft geleid. Hij lichtte toe dat er sinds circa 2000 een verschuiving heeft plaatsgevonden in het spreken over integratie, met de opkomst van het ‘nieuw realisme’ (Baukje Prins), en/of het ‘multicultirealisme’ (Willem Schinkel). Met deze verschuiving vond er onder andere meer beweging plaats tegen de onderdrukking van vrouwen en homo’s waarbij ook gewezen werd naar de houding van culturele minderheden in Nederland op dat gebied. Diversiteit werd gerespecteerd, mits deze voldeed aan de algemene normen en waarden binnen de Nederlandse samenleving. Dit realisme zou een dominant spreken over de ander bewerkstelligen in termen van ‘er niet bij horend’ of als falende burgers: “het is niet genoeg om in formele zin burger te zijn, maar je behoort actief burgerschap te tonen (d.w.z. de Nederlandse waarden en normen te verinnerlijken en van daaruit te handelen: morele identificatie met Nederland is vereist)”.
Volgens Willibrord komt dit uiteindelijk neer op een ontkenning van de ander als gelijkberechtigde participant in de discussie ‘wees eerst als ons voordat je mag meepraten’ (zoals de Zwarte Piet-discussie). Dit zou duiden op een ernstige vorm van ongelijkheid, ofwel discriminatie, en zou het ‘wij-zij-denken’ in deze samenleving versterkt hebben. Deze beweging zou hebben geleid tot een nieuwe vorm van racisme in ons land: culturalisme (niet in de oude ‘Blut und Boden’-zin, maar in de betekenis van een als homogeen voorgestelde superieure Nederlandse cultuur (tolerant, joods-christelijk, verlicht, emancipatoir etc.)).
Terugverwijzend naar het thema ‘kracht en kansen van diversiteit’, kwam Willibrord met de volgende conclusies naar voren: Het is van belang dat erkend wordt dat diversiteit ondergeschikt is gemaakt aan de aanpassing aan ‘ons’. Het zou weinig kansen bieden omdat dit aan beide kanten leidt tot een terugplooien op de eigen groep en tot minder bereidheid het gesprek aan te gaan. Een groter wordende polariteit in de samenleving dus, in plaats van een eenheid met ruimte voor dialoog. Kansen zouden liggen in de geleidelijke wederzijdse gewenning aan elkaar en in het laten zien van de kracht in zichzelf in de sfeer van kunst, media, sport, civil society, etc.
Tweede spreker Antoin Deul
Als tweede spreker van de middag is het de beurt aan Antoin Deul, lid van het landelijke bestuur van Groen Links, specialist op het gebied van groene innovatie en diversiteit, en vrijwilliger bij Amnesty International. Antoin opent zijn voordracht met een persoonlijke herinnering aan de trotsheid die hij 10 tot 25 jaar geleden voelde over de diversiteit en tolerante houding van de mensen in Nederland. “Tijdens het EK Voetbal in 1988 en de overwinning die Nederland toen behaalde, beleefden wij een multicultureel feest”. Het gaf hem een geweldig gevoel van blijdschap dat een team bestaande uit verschillende ‘kleuren’ als eenheid de overwinning behaalde. In 1998 vertrok Antoin voor 12 jaar naar de VS, waar hij zijn trotsheid over Nederland graag uitte. Bij zijn terugkomst in Nederland stuitte hij echter op een onverwachte sfeerverandering…
Onder andere zijn zoons kwamen in aanraking met racistische ervaringen die zij in de VS nooit hadden meegemaakt. Het viel hem op dat de intolerantie in Nederland gegroeid was. Er mocht niet over racisme gesproken worden, anders was het meteen ‘aanpassen of oprotten’. Antoin begon zich af te vragen wat hiervan de oorzaak was geweest. Was het 9/11? Waren het de Pim Fortuyn- en Theo van Gogh-gebeurtenissen? Hadden economische situaties hiermee te maken? Wat was het dat de mensen in eerste plaats al zo gevoelig maakte voor het thema ‘racisme’? Zeker was in elk geval dat Nederland in een overgangsfase was beland op het gebied van diversiteit.
Om een beeld te schetsen van de huidige arbeidsparticipatie van verschillende bevolkingsgroepen in Nederland, laat Antoin een aantal statistieken zien. Een opvallende statistiek wijst aan dat de werkloosheid onder niet-westerse minderheden drie keer zo hoog is als onder westerse minderheden. Bovendien zit diversiteit nog niet of nauwelijks aan tafel waar macht en beeldvorming zitten, terwijl die plek volgens Antoin juist dé plek is waar structureel het verschil kan worden gemaakt…
Ondanks de onrusten op het gebied van diversiteit en economie, blijft Antoin Nederland als een fantastisch land zien met veel mogelijkheden. Vooral vandaag de dag wachten de ‘durvers en do-ers’ niet meer; deze starten met hun eigen projecten, creëren hun eigen netwerk en laten zichzelf (mede dankzij social media) steeds meer zien. Onder alle mensen, waaronder een grote groep minderheden, die nu minder kansen hebben om in de gevestigde arbeidsmarkt een baan te vinden, gaan er velen zelfstandig ondernemen. Het aantal ondernemers onder minderheden groeit momenteel enorm en dit ziet Antoin als dé toekomst. Veel minderheden zullen in de toekomst de koplopers zijn. Succes hoeft niet meer behaald te worden aan de hand van gevestigde groepen die eventuele racistische denkbeelden hebben en andere groepen uitsluiten. Ieder kan nu zijn eigen kracht laten zien.
Derde spreker Raja Felgata
De laatste spreker die een voordracht geeft op het symposium is Raja Felgata, journaliste, columniste, producente en sinds 2010, oprichtster van De Kleurrijke Lijst Nederland. “De maatschappij verandert en er zijn mensen nodig die de verbinding zoeken” zegt Raja in haar inleiding. Haar familie (Nederlands-Marokkaans) heeft haar altijd gezegd dat opleiding en studie het beste is wat je kunt doen, omdat het je toekomst is. Raja voelde het verlangen iets te willen zeggen in de samenleving waar zij deel van uitmaakt. Al gauw wist zij dat ze de media in wilde en koos voor journalistiek, maar binnen de Marokkaanse gemeenschap was dit echter niet altijd zo gewoon. Hoe dan ook, Raja kon het belang om wat aan de beeldvorming in Nederland te doen niet uit het oog verliezen en greep haar kans in de media om deze te beïnvloeden.
Het was een interessante zoektocht voor haar om haar plek in de Nederlandse media te vinden. Die zoektocht ging gepaard met de zoektocht naar haar eigen identiteit, want deze voelde niet hetzelfde als die van vele andere ambitieuze mensen om haar heen… Successen wist zij onder andere te boeken door haar werkervaring bij de KRO, maar haar missie kreeg pas echt een boost toen zij in 2009 bij de lancering van de machtigste vrouw van Nederland aanwezig was. Opzij levert elk jaar de lijst van top 100 meest succesvolle vrouwelijke ondernemers van Nederland, maar het viel Raja op dat deze lijst nog lang niet zo divers was als zij hem graag zou zien. Het idee beviel haar om een lijst te creëren van de top 101 meeste succesvolle vrouwelijke en ook mannelijke ondernemers die door hun werk en persoonlijkheid invloed hebben op hun eigen kleurrijke manier. Dit was bedoeld als positief antwoord op de cynische context die vandaag de dag was ontstaan rondom minderheden en diversiteit.
Ze had niet verwacht dat het zo gauw zou lukken, maar in 2010 werd de eerste Kleurrijke Lijst geboren en overhandigd aan de oprichter van Opzij; Hedy d' Ancona. Daarna werd het betrokken publiek steeds kleurrijker en de partners die zich gingen verbinden aan de Kleurrijke Lijst, steeds invloedrijker. Uiteindelijk kreeg De Kleurrijke Lijst een Democratie-lintje vanuit de Raad van State; het bewijs dat ze op de goede weg zaten! Daar nog bij opgeteld, noemde Hedy d’Ancona De Kleurrijke Lijst Lijst in 2012 zelfs ‘het belangrijkste lijstje van Nederland’. De Kleurrijke Lijst wordt nu vooral veel gebruikt als het gaat om sprekers, deskundigen en raden van bestuur.
Met de lijst wil Raja een bijdrage leveren aan een positief geluid in de samenleving omdat mensen hier vandaag de dag volgens haar zeer veel behoefte aan hebben. Ze meldt dat in de lijst net zoveel kleurrijke filosofie zit als Hollandse nuchterheid. Ook wil Raja hiermee proberen meer dames en kleurrijke mensen aan invloedrijke tafels te krijgen. “Het publiek in Nederland mag naar de stemmen van een diverser publiek gaan luisteren. Verhalen van andere realiteiten kunnen onze horizon alleen maar verbreden en verrijken.”
In oktober 2013 lanceerde zij de 3e editie van De Kleurrijke Lijst en overhandigde zij deze aan media-icoon Humberto Tan.
Paneldiscussie
Het panel bestaat uit Willibrord de Graaf, Antoin Deul en George Arakel. George Arakel is een jonge ondernemer die zich inzet voor de beeldvorming in ons land van de allochtone groep in de media, het bedrijfsleven en de samenleving. Hij is de oprichter en hoofdredacteur van voorbeeld-allochtoon.nl, de schrijver van het boek ‘Allochtoon op een andere toon’ en consultant in Etnische Diversiteit. Zijn opzet is het woord ‘allochtoon’ weer positief te krijgen en ervoor te zorgen dat in het jaar 2025 ‘iedereen in Nederland allochtoon wil zijn’. Hij noemt zichzelf 'de nieuwe generatie activist'.
Mieke Janssen opent de discussie met een verzoek aan het publiek om vragen te stellen aan de panelleden. De vragen uit het publiek gaan met name over de onderwerpen die al als een rode draad door dit symposium zijn gegaan: het feit dat veel Nederlanders niet over racisme- gerelateerde onderwerpen lijken te kunnen of te willen praten. Willibrord had dit punt in zijn voordracht al op academische wijze naar voren gebracht en zou volgens hem te maken hebben met een superioriteitsbeeld dat ontstaan is onder veel Nederlanders dat zij niet willen verliezen omdat hen dit (onbewust) een gevoel van kracht geeft. Alles wat dit beeld doet wankelen, zouden zij afschilderen als ‘niet-bestaand’ of op één of andere wijze de ‘schuld van de allochtonen zélf’ zijn. Ook anderen zijn het ermee eens dat er onder autochtone Nederlanders onbewust nog steeds een sfeer zou heersen van ‘wij zijn het witte ras en wij zijn superieur’.
Volgens Willibrord moeten we onderling veel meer in debat gaan over dit soort punten en ons niet meer te afhankelijk opstellen van de politiek, want de politiek vindt deze onderwerpen belachelijk en plaatst ze toch niet of nauwelijks op de agenda. Kennelijk liggen de discussies ook hier té gevoelig… Er zouden tegenwoordig genoeg uitstekende kansen zijn om zelfstandig invloed uit te oefenen op de publieke opinie via social media. Daar moet op gefocust worden en daar moeten dialogen en debatten plaatsvinden.
Antoin meldt ook dat we zelf de handen ineen moeten slaan en iets moeten organiseren dat ook voorbij de social media gaat en weer direct op de politiek gericht is, zoals een eventuele actie in Den Haag. Minderheden hebben bijvoorbeeld ook macht als consument en kunnen druk uitoefenen op organisaties of bedrijven die discrimineren.
George brengt de vragen nog een stuk verder. Hóe gaan we dan met die media zorgen dat de kloof tussen politiek en samenleving wordt verkleind? Hoe gaan wij ervoor zorgen dat allochtonen ook werkelijk geaccepteerd gaan worden in de bedrijven?
Antoin meldt dat zichtbaarheid en rolmodellen van mensen met een andere culturele achtergrond belangrijk zijn. Verder zou het bij acceptatie in bedrijven vooral om het werken moeten gaan niet om hoe een persoon verder in zijn eigen sociale groep leeft. In Amerika zag hij bijvoorbeeld duidelijk dat veel etnische groepen nog steeds erg gescheiden leven van andere groepen, maar ze kunnen toch elke dag harmonieus samenkomen om te werken. Iedereen moet in elk geval gelijke kansen kunnen hebben, ongeacht of je veel in je eigen groep wilt blijven of niet.
George voegt nog toe dat democratie verder niet per se om het recht gaat gelijk te zijn maar vooral ook om het recht verschillend te mogen zijn. We moeten ons richten op vragen als ‘Hoe gaan we hier naartoe?’en we moeten daarbij ook bewuster gaan kijken naar ons taalgebruik op zich. Bij heel veel zaken mogen we de invalshoek om gaan draaien. Als het bijvoorbeeld gaat om vrouwenemancipatie, dan moeten we niet gaan werken aan de vrouw maar aan het beeld dat de man van de vrouw heeft.
Een laatste vraag van Mieke aan het panel is: Stel u heeft het voor het zeggen, hoe ziet dan in 2018 de multiculturele samenleving in Nederland er uit? Staat die in zijn kracht?
Volgens Antoin Deul moet er dan een situatie bereikt zijn waarin iedereen gelijke kansen heeft. Achtergrond mag niet uitmaken en het is belangrijk dat er meer gemixt wordt in relaties. Dit is natuurlijk niet iets wat gestuurd kan of moet worden. Waar het om gaat: iedereen stelt zich open voor iedereen! Dan komt de rest vanzelf.
George ziet graag dat op ieder level van de samenleving één op de vijf mensen allochtoon is. Ook wil hij ervoor zorgen dat er eens een keer een gekleurde en/of vrouwelijke premier komt.
Willibrord ziet een samenleving voor zich waarin veel veranderingen in het onderwijs hebben plaatsgevonden. Er is een veranderd curriculum waarin de geschiedenislessen verbreed zijn en niet meer zoveel over de Tweede Wereldoorlog gaan. Er wordt meer aandacht gegeven aan maatschappelijk bewustzijn en taal, waarbij volledig rekening gehouden wordt met de taalachtergrond van de mensen die het onderwijs in gaan.
Slot
Het is duidelijk dat er nog een hoop stappen verricht moeten worden voordat de Nederlandse samenleving een echte tolerante, kleurrijke, winnende eenheid is. Een bewustwordingsproces is op gang gebracht doordat gevoelige snaren worden geraakt. Oud zeer is boven komen drijven, waaronder in de vorm van Zwarte Piet, en lijkt nu beetgepakt te kunnen worden. Als het beetgepakt is, kan er met het oog op eenheid in de samenleving naar gekeken worden. Waar de politiek niet beetgepakt wil worden, mogen de burgers elkaar zelf gaan beetpakken, bijvoorbeeld door middel van social media. Krachten mogen gebundeld en gezien worden, totdat ze allemaal als een puzzel in elkaar passen.
Auteur: Barbara de Ligt
Bekijk hier onder de fotogalerie van deze bijeenkomst:
Verslag van netwerkbijeenkomst vrijdagmiddag 27 september 2013
Rond 16 uur druppelen de mensen vrolijk binnen en nemen met hun welkomstdrankje plaats in de kleurrijke zaal van Alleato, een centrum voor maatschappelijke ontwikkeling en sociale investering, in Utrecht. De eerste presentatie staat op het punt te beginnen. De spreekster is Najat Badloe-Saidi van Diversity Recruitment.
Najat is eigenaresse en oprichtster van Diversity Recruitment, een landelijk recruitmentbureau dat vooral gericht is op mensen met een bi-culturele achtergrond en het bevorderen van diversiteit op de werkvloer. Najat vertelt over haar werkwijze en waarom zij het belangrijk vindt om diversiteit op de werkvloer te stimuleren.
Diversiteit op de werkvloer is nog lang niet overal even gewaardeerd en geïmplementeerd. Dit is enigszins vreemd, want we leven in een multiculturele samenleving (waarvan Amsterdam zelfs in 2009 de meest multiculturele stad ter wereld was) en diversiteit biedt vele voordelen. Enkele voordelen zijn: innovatie en groei, minder verloop, beter imago, betere aansluiting bij diverse klantgroepen en een gevoel van binding en goede sfeer op de werkvloer.
Aan de top van de meeste Nederlandse bedrijven zien wij ook nog steeds veel blanke, autochtone Nederlanders. Dit kan anders en Najat ziet het als één van haar missies om daar verandering in te brengen. Wetenschappelijk is aangetoond dat diversiteit aan de top bijvoorbeeld een efficiëntere en creatievere samenwerking kan genereren. Een recent onderzoek over mannen en vrouwen op zakelijke afdelingen toont bijvoorbeeld aan dat een afdeling het meest productief is als deze voor 50% uit vrouwen en 50% uit mannen bestaat, onafhankelijk van het type bedrijfstak.
Najat kent de gedachtegang van veel mensen met een bi-culturele achtergrond in Nederland; een aantal heeft de neiging om het werk en de persoonlijke activiteiten in de 'eigen groep' te blijven zoeken. Zij treden niet volledig 'naar buiten toe' en daardoor kunnen zij zich niet altijd optimaal ontplooien in de Nederlandse maatschappij. Met een begeleidingstraject helpt Najat deze mensen zich meer te openen naar de gehele maatschappij toe. Zij helpt hen meer duidelijkheid en inzicht te geven over de gedachtegang van Nederlanders in het algemeen en specifieke bedrijfstakken in Nederland waar haar cliënten eventueel willen werken. Op deze manier probeert zij de kloof tussen de bi-culturele solicitant en organisaties te verkleinen en de diversiteit op de werkvloer te stimuleren.
Na de pauze doet Minchenu Maduro haar presentatie in de vorm van storytelling. In haar presentatie vertelt zij over haar ervaringen van een klein opstandig kind tot een volwassen zelfstandig multicultureel onderneemster.
Minchenu kwam als klein meisje met haar familie van Curaçao naar Nederland. Daar belandde zij in de, volgens haar, 'lelijkste stad' van Nederland: Den Helder... Alsof dat nog niet genoeg was, kreeg ze ook te maken met de discriminerende woorden van zowel kinderen als volwassenen over o.a. haar afwijkende huidskleur en haar. Minchenu voelde zich geraakt, maar ze snapte niet waar die opmerkingen vandaan kwamen en kwam voor zichzelf op. Ze gebruikte haar 'grote mond' en vuisten om te laten zien dat zij ook iemand was. Op school was zij lang het probleemkind van de klas geweest, maar daar kwam enige verandering in toen zij op de middelbare school in de les ineens door één van haar docenten werd aangesproken. "Jij bent een hele slimme meid. Jij wordt lerares!" zei de docente. Minchenu wist niet wat zij hoorde. "Ik? Slim?!" dacht ze, "Waar haalt zij dát nu weer vandaan..?!" Voor het eerst voelde Minchenu zich gezien en sindsdien heeft zij bij die docente netjes haar huiswerk gemaakt...
Dit brengt ons naar een van de kernpunten waar Minchenu in haar presentatie mee naar voren komt: gezien worden. Vooral mensen met een andere komaf dan de doorsnee Nederlander voelen zich vaak niet gezien en dit heeft een uitwerking op hun gedrag. Ze gaan bijvoorbeeld allerlei streken uithalen om gezien te worden, maar dit brengt hun niet echt verder. Integendeel, zo creëren ze alleen maar karma... Het is belangrijk dat ieder mens gezien wordt vanaf jongs af aan, maar vooral ook om mensen te leren om zichzelf te laten zien. Zo ook in organisaties: doe zelfonderzoek, vind je visie en stap naar voren! Vind jouw kracht en durf jouw woord te doen! Hierin inspireert, bekrachtigt en begeleidt zij mensen en het publiek heeft hiervan alvast een voorproefje ontvangen.
Inspiratie, empowerment, nieuwe ideeën en blije gezichten... Hoewel het heerlijk weer is buiten, weerhoudt het de aanwezigen niet om nog even, na een kleine uitloop van de presentaties, gezellig met elkaar binnen te blijven nagenieten. Hapjes en drankjes staan klaar en ervaringen, inspiratie en visitekaartjes worden uitgewisseld. Zal de diversiteit op de Nederlandse werkvloer door deze mensen verder worden versterkt en geharmoniseerd? Op naar nieuwe synergie, samenwerkingen, inzichten en carrièrestappen... Er is nog altijd een hoop moois te creëren. Stichting MCNW Multicultureel netwerk ziet u graag op een volgende bijeenkomst. Tot ziens!
Auteur: Barbara de Ligt
Bekijk hier onder de fotogalerie van deze bijeenkomst:
Najat is eigenaresse en oprichtster van Diversity Recruitment, een landelijk recruitmentbureau dat vooral gericht is op mensen met een bi-culturele achtergrond en het bevorderen van diversiteit op de werkvloer. Najat vertelt over haar werkwijze en waarom zij het belangrijk vindt om diversiteit op de werkvloer te stimuleren.
Diversiteit op de werkvloer is nog lang niet overal even gewaardeerd en geïmplementeerd. Dit is enigszins vreemd, want we leven in een multiculturele samenleving (waarvan Amsterdam zelfs in 2009 de meest multiculturele stad ter wereld was) en diversiteit biedt vele voordelen. Enkele voordelen zijn: innovatie en groei, minder verloop, beter imago, betere aansluiting bij diverse klantgroepen en een gevoel van binding en goede sfeer op de werkvloer.
Aan de top van de meeste Nederlandse bedrijven zien wij ook nog steeds veel blanke, autochtone Nederlanders. Dit kan anders en Najat ziet het als één van haar missies om daar verandering in te brengen. Wetenschappelijk is aangetoond dat diversiteit aan de top bijvoorbeeld een efficiëntere en creatievere samenwerking kan genereren. Een recent onderzoek over mannen en vrouwen op zakelijke afdelingen toont bijvoorbeeld aan dat een afdeling het meest productief is als deze voor 50% uit vrouwen en 50% uit mannen bestaat, onafhankelijk van het type bedrijfstak.
Najat kent de gedachtegang van veel mensen met een bi-culturele achtergrond in Nederland; een aantal heeft de neiging om het werk en de persoonlijke activiteiten in de 'eigen groep' te blijven zoeken. Zij treden niet volledig 'naar buiten toe' en daardoor kunnen zij zich niet altijd optimaal ontplooien in de Nederlandse maatschappij. Met een begeleidingstraject helpt Najat deze mensen zich meer te openen naar de gehele maatschappij toe. Zij helpt hen meer duidelijkheid en inzicht te geven over de gedachtegang van Nederlanders in het algemeen en specifieke bedrijfstakken in Nederland waar haar cliënten eventueel willen werken. Op deze manier probeert zij de kloof tussen de bi-culturele solicitant en organisaties te verkleinen en de diversiteit op de werkvloer te stimuleren.
Na de pauze doet Minchenu Maduro haar presentatie in de vorm van storytelling. In haar presentatie vertelt zij over haar ervaringen van een klein opstandig kind tot een volwassen zelfstandig multicultureel onderneemster.
Minchenu kwam als klein meisje met haar familie van Curaçao naar Nederland. Daar belandde zij in de, volgens haar, 'lelijkste stad' van Nederland: Den Helder... Alsof dat nog niet genoeg was, kreeg ze ook te maken met de discriminerende woorden van zowel kinderen als volwassenen over o.a. haar afwijkende huidskleur en haar. Minchenu voelde zich geraakt, maar ze snapte niet waar die opmerkingen vandaan kwamen en kwam voor zichzelf op. Ze gebruikte haar 'grote mond' en vuisten om te laten zien dat zij ook iemand was. Op school was zij lang het probleemkind van de klas geweest, maar daar kwam enige verandering in toen zij op de middelbare school in de les ineens door één van haar docenten werd aangesproken. "Jij bent een hele slimme meid. Jij wordt lerares!" zei de docente. Minchenu wist niet wat zij hoorde. "Ik? Slim?!" dacht ze, "Waar haalt zij dát nu weer vandaan..?!" Voor het eerst voelde Minchenu zich gezien en sindsdien heeft zij bij die docente netjes haar huiswerk gemaakt...
Dit brengt ons naar een van de kernpunten waar Minchenu in haar presentatie mee naar voren komt: gezien worden. Vooral mensen met een andere komaf dan de doorsnee Nederlander voelen zich vaak niet gezien en dit heeft een uitwerking op hun gedrag. Ze gaan bijvoorbeeld allerlei streken uithalen om gezien te worden, maar dit brengt hun niet echt verder. Integendeel, zo creëren ze alleen maar karma... Het is belangrijk dat ieder mens gezien wordt vanaf jongs af aan, maar vooral ook om mensen te leren om zichzelf te laten zien. Zo ook in organisaties: doe zelfonderzoek, vind je visie en stap naar voren! Vind jouw kracht en durf jouw woord te doen! Hierin inspireert, bekrachtigt en begeleidt zij mensen en het publiek heeft hiervan alvast een voorproefje ontvangen.
Inspiratie, empowerment, nieuwe ideeën en blije gezichten... Hoewel het heerlijk weer is buiten, weerhoudt het de aanwezigen niet om nog even, na een kleine uitloop van de presentaties, gezellig met elkaar binnen te blijven nagenieten. Hapjes en drankjes staan klaar en ervaringen, inspiratie en visitekaartjes worden uitgewisseld. Zal de diversiteit op de Nederlandse werkvloer door deze mensen verder worden versterkt en geharmoniseerd? Op naar nieuwe synergie, samenwerkingen, inzichten en carrièrestappen... Er is nog altijd een hoop moois te creëren. Stichting MCNW Multicultureel netwerk ziet u graag op een volgende bijeenkomst. Tot ziens!
Auteur: Barbara de Ligt
Bekijk hier onder de fotogalerie van deze bijeenkomst: